In dit rapport worden berekeningen gedaan om te bepalen wat met dimbare assimilatiebelichting aan energiebesparing kan worden gerealiseerd en wat de effecten zijn op de groei van de planten. De berekeningen werden verricht voor de teelt van Bouvardia, Anthurium en Phalaenopsis. Bij de berekeningen wordt rekening gehouden met de dynamiek van de lichtbenuttings efficiƫntie van de fotosynthese en de mogelijkheden om natuurlijk daglicht te regelen met scherminstallaties. Verschillende dimstrategiƫn worden vergeleken met de huidige manier van belichten. Meestal is dit een aan-uit-regeling maar ook mogelijkheden om belichting getrapt aan- en uit te schakelen zijn in de berekeningen meegenomen.
Bouvardia: Uitschakelen van de belichting boven het jonge gewas in de winter kost meer dan 70% van de assimilaten productie. Dit zal leiden tot een trage groei van de LAI waardoor de lichtbenutting gedurende nog langere tijd slecht blijft. De potentie voor besparing is daardoor gering, tenzij de hergroei voor een groot deel op basis van reserves in de plant plaats vindt. Door een reductie van de belichting neemt de warmtebehoefte toe met ongeveer 2.7 MJ voor elke bespaarde kWh electriciteit.
Anthurium: Energie kan bespaard worden door minder dan gebruikelijk te schermen en te compenseren voor het extra daglicht door de assimilatiebelichting dynamisch te dimmen. In de zwaar geschermde teelt van Anthurium in de winter kan op die manier het electriciteitsgebruik met 10-15% teruggebracht worden.
Phalaenopsis: Er kan met een dimbare installatie electrische energie bespaard worden door de intensiteit in de ochtend langzaam te laten oplopen. Dat levert een besparing op van 10% tijdens de koude afkweek. Er is daarbij nauwelijks verschil tussen een getrapte regeling met 4 lichtstappen en een continu dimbare installatie. Tijdens de opkweek (bij Pikoplant) wordt minder belicht en is de ochtendbesparing nihil. Besparing in de middag is moeilijker en o.a. afhankelijk van het tijdstip in de nacht waarop het licht wordt aangeschakeld.